Je of jullie hebben er al vaker over gesproken en gedroomd: een eigen huis. Waar eerst een jaarcontact de belemmering was, heeft nu je werkgever een vast contract gegeven. Je zou denken, dit is als starter het moment om een woning te kopen. Maar toch hoor je vaak verhalen dat het moeilijk is.
Waarom zijn de woningen zo duur?
Die vraag horen we mensen vaker stellen.
De huizenmarkt zit de afgelopen jaren behoorlijk in de lift. Doordat de hypotheekrente laag is, kun je een hogere hypotheek krijgen tegen een relatief lage rente. Waar 20 jaar vastzetten in 2010 nog tegen de 6,5% aan zat, valt er momenteel een hypotheek voor de zelfde periode een rente tussen de 2,5-3% af te sluiten. Je profiteert dus jaren lang van lage maandlasten. Dit, in combinatie met een goede economie, zorgt er voor dat er veel vraag is naar woningen. Door de intense vraag, in combinatie met een lage rente, drijft de prijs van de woningen omhoog. Goed nieuws? In zekere zin wel – maar niet voor de starter.
Zijn de woningprijzen erg gestegen?
De woningen zijn (2019) t.o.v. 2016 in bepaalde regio’s wel 25% meer waard geworden. Dit betekent dat een woning die in 2016 voor 200.000 euro te koop stond, nu voor 250.000 euro wordt verkocht. Voor een starter is dit vervelend, want het huis van 100.000 euro, wat net binnen het bereik zat, kan wel gestegen zijn naar 125.000-130.000 euro!
Daarnaast wordt er van je verwacht dat je eigen geld meebrengt. De hypotheeknormen zijn aangescherpt, waardoor je nog maar 100% van de woningwaarde kan financieren. Eventuele kosten koper kunnen niet meer worden meegefinancierd.
Is een woning kopen dan onmogelijk?
Het is niet eenvoudig om een eerste huis te kopen. De woningmarkt boot is onderweg, en de vraag is of deze boot weer terug gaat naar het oude niveau. Veel experts denken dat er binnen een paar jaar en dip gaat komen, maar hoe groot deze dip in de markt wordt is slecht in te schatten. Daarnaast wil je als starter niet graag meerdere jaren wachten.
Wat voor opties zijn er nog?
A. Een opknapper
Het gros van de kopers zoekt een woning waar ze zo in kunnen. Een nette badkamer, keuken en tuin. Woningen met werk zijn vaak gunstiger geprijsd en gaan soms onder de marktwaarde van hand. Het nadeel is dat je zelf wel handig moet zijn. Bij de bank kan je soms extra geld lenen, als je dat gebruikt voor een duurzame verbouwing. Daarnaast zijn er soms energiemaatregelen en subsidies die je kan aanspreken.
Een opknapper hoeft natuurlijk niet te betekenen dat je woning in één keer in parade-staat brengt. Als je werkt, eventueel met een partner, kan je ook over 5 jaar nog een toilet of keuken renovatie doen.
B. Woning overnemen van woningcorporaties
Woningen van corporaties worden, omdat de woningen niet meer als sociale huurwoning bestempeld worden, of omdat ze zo verouderd zijn dat de renovatiekosten hoog zijn. Houd daarvoor Funda en de sites van de corporaties in de gaten.
